|
Nog pantoffels nodig? |
Mensen, mensen, wat is dit lastig te beschrijven. Wát een land, wát een cultuur en wát ontzettend anders is het hier! Ik zal m'n uiterste best doen om woorden te vinden om te beschrijven wat we gezien en beleefd hebben. Maar, beelden zeggen meer dan woorden, vandaar de vele foto's. Met de trein zijn we samen met de Wizard vanuit Rabat vertrokken naar Fes. Een reis van ruim 3 uur, eerste klas. We hebben niet in de gaten dat we stoelnummers hebben en veroorzaken op die manier wat commotie binnen de trein. Na anderhalf uur ondergaat de hele trein een massale stoelendans wanneer een meneer per sé op zijn eigen stoel wil zitten en wij dus gedwongen zijn om onze eigen stoelen te zoeken en deze mensen te verjagen, die op hun
|
Op het dakterras |
beurt weer anderen verplichten om op zoek te gaan naar hun eigen stoelen,etc. De trein is prima, zeer vergelijkbaar met de trein in Nederland. Tot zover, niets bijzonders. Ook het station is erg herkenbaar m.u.v. de Arabische tekens. Dan willen we een taxi naar het hotel, dat we gisteren telefonisch geboekt hebben. We onderhandelen met de taxichauffeurs. Ze mogen maar 3 personen in een kleine taxi vervoeren en willen een astronomisch bedrag hebben en dus 3 taxi's voor 8 mensen. Haha, maar wij zijn al een beetje door de wol geverfd en bedingen dat we met 4 personen in een taxi gaan, voor minder dan de helft. Het lukt! De autorit is een hele belevenis, we halen links en rechts in, de chauffeur duwt de auto in elk vrij plekje dat te vinden is en zo rijden we in een soort kamikazerit naar de blauwe poort van Fes. Op de straat rijden ezels, mensen met handkarren, brommers,bromtaxi's, auto's, wandelaars?, auto's met een laadbak vol mensen, etc. En iedereen doet maar wat. Wanneer we uitstappen gaan we op zoek naar het hotel. De stadsmuren zijn (net als Rabat) geheel in tact, worden door bouwvakkers op gammele steigers bijgewerkt. De muren hebben hun 'oude' functie behouden. Grappig, het is helemaal niet hun oude functie, het is de hedendaagse functie, net zoals in Nederland in de middeleeuwen. De straatjes zijn soms bestraat, meestal niet en er lopen overal stroompjes (afval)water. De winkeltjes zijn een soort open vitrines en de verkopers zitten op een kleedje, krukje of kratje. Wanneer je wat wilt kopen blijf je op straat staan en wijs je aan wat je wilt.
De andere voorbijgangers wurmen zich dan langs je of kijken belangstellend naar wat er gekocht wordt. De straatjes zijn nauw en kronkelig en het is ontzettend druk. Ezels helemaal beladen met koperen/bronzen pannen of waterflessen klepperen over de straatjes. Oude mannen of jonge jongens manoeuvreren knap met handkarren vol groente,lappen, of andere spullen tussen de mensen door. Soms gaat het mis, zoals bij Gijs en wordt je letterlijk tegen de hielen gereden. Regelmatig moeten we even helemaal tegen een muur of winkeltje aan gedrukt staan om de karren of ezels er langs te laten. Het rumoer is gigantisch, Arabische klanken vermengt met haaiengekraai, kippen getok, marktmannen die hun waren aanprijzen, het geratel van de handkarren en de oproep tot gebed uit één van de vele luidsprekers van de moskee. In een aantal 'winkeltjes' wordt
|
Marokkaans hotel |
gewerkt, er klinkt gehamer, geratel van naaimachines e.d. In deze kakofonie van geluiden banen we ons een weg en zoeken het hotel. Na enkele aanwijzingen van behulpzame Marokkanen vinden we het hotel. Vanaf de buitenkant ziet het er niet erg bijzonder of netjes uit. Eenmaal binnen is het best heel groot en worden we vriendelijk te woord gestaan in het Engels door de eigenaar. Een reservering? Nee, hoor ze zitten helemaal vol! Protesteren heeft weinig zin, vol is vol en dus hebben wij een 'probleem'. Gelukkig weet hij nog wel wat andere hotels.Drie hotels later bellen we maar met een ander en dat lukt. Ze sturen een auto om ons op te halen en er zijn genoeg kamers voor 2 gezinnen. Met de 'hotel 'auto en een taxi (3 personen) gaan we naar het hotel 'Palais de Fes dar Tazi'. We boeken uiteindelijk in het nieuwste hotel 3 kamers. Eén voor de 4 kinderen en 2 voor de ouders. Het ziet er geweldig uit. Prachtige kleden op de grond, mozaïek tableaus aan de muren, nisjes, velours beklede stoelen en banken, planten, zware gordijnen aan de muren, spiegels met bewerkte randen. In één woord: prachtig! Fatima, de gastvrouw nodigt ons uit om thee te drinken op het dakterras.
|
Paleis van de koning |
We zijn echt in 'duizend en één nachten' beland. Zij adviseert ons (net als in de boekjes) om met een gids op pad te gaan. Fes staat bekend als 'doolhof'stad. Dé stad waar zelfs de inwoners regelmatig verdwalen. Wanneer we de spullen een beetje hebben uitgepakt is de gids gearriveerd. Achmed! Een wat oudere, traditioneel geklede meneer die ontzettend goed Engels spreekt en, naar al gauw zal blijken, heel veel weet te vertellen op een humoristische en duidelijke manier. We huren een minibusje met chauffeur en gaan deze middag zoveel mogelijk aan de rand van Fes bekijken. Morgen zullen we dan dichter bij 'huis' blijven en de medina bekijken. We zien o.a. het paleis van de Koning, de eerst Universiteit ter wereld, een mozaïek-fabriek annex leerschool, vanaf een hoog gelegen punt een prachtig panorama van de stad, de Joodse stad met synagoge en natuurlijk veel natuurschoon onderweg.
We lunchen in een restaurantje in een buitenwijk van Fes. Tijdens het eten worden we steeds 'lastig gevallen' door zielige vrouwen met kindertjes en kleine jongetjes en meisjes die pakjes zakdoeken verkopen. In gedachten zie ik Gijs al zo staan. Wat treurig! We vragen naderhand aan de gids hoe het zit met de armoede. Hij vertelt een ontnuchterend verhaal. Deze vrouwen huren de kinderen van echt arme families en bedelen op goede dagen wel 40 euro bij elkaar. Dat is meer dan hij als officiële gids verdient. Deze vrouwen hebben gewoon een huis en voldoende te eten. Hmm, toch blijft het zielig. Ook vertelt hij dat ongeveer de helft van de kinderen in Marokko tegenwoordig naar school gaat. Vooral op het platteland blijven veel kinderen thuis en leren daar een handnijverheid omdat de school gewoon te ver van huis is en er geen vervoer is. Ook moeten kinderen een uniform aan en de benodigde boeken en schriften hebben. Dat is voor veel mensen niet te betalen. Hij dacht dat 'over een 20 of 30 jaar' misschien bijna alle kinderen naar school gaan. Na deze lange dag vol nieuwe indrukken zijn we blij als weer in het hotel zijn.
Terwijl we even uitrusten en een wijntje/biertje (zelf meegenomen) nemen komt Omar bij ons langs. Omar spreekt verbluffend goed Nederlands en wil graag met ons praten. Het is erg gezellig, hij leert me Arabische woorden en ik moet ieder woordje naschrijven. Erg leuk! Als ik vraag of ik het goed geschreven heb, zegt hij: 'swiá, swiá, beetje, beetje! Morgen wil hij graag met een schriftje komen, hij leert mij dan Arabisch en ik hem Nederlands. We zullen zien, maar leuk is het wel. We willen graag eten in het restaurant dat bij het hotel hoort, zij serveren een traditionele Marokkaanse maaltijd. Tijdens het wandelingetje van hotel naar restaurant, wordt Bram een klein beetje opzij geduwd en Hille krijgt een hand op z'n hoofd/door zijn haar. Bij binnenkomst in het restaurant komt de eigenaar, meneer Tazi, meteen naar ons toe. We krijgen een (alcoholisch) drankje van het huis en hij stelt ons gerust, dat de jongen die één van hen (hij wijst naar Bram/Hille) heeft aangeraakt door de politie onder handen is genomen! We schrikken ons een hoedje en willen ogenblikkelijk van de jongens weten wat er gebeurd is. Tja, na veel nadenken komt bovenstaande als enige mogelijkheid naar boven. Hmm, als daar de politie al voor gehaald wordt? Maar goed, we eten heerlijk, de bediening is fantastisch en omdat we op het dakterras zitten en het afkoelt krijgen we allemaal een fleecedekentje om. We zien er schattig uit! Voldaan en moe keren we terug naar het hotel.
|
Inzoomen, om kunstgebit uit te zoeken |
Na een prima nachtje op de ontzettend harde bedden eten we ons fantastische ontbijt weer op het dakterras. De zon is op vakantie en het is aangenaam van temperatuur. Achmed staat al voor de deur en om 10 over half tien lopen we door de smalle straatjes van de medina. We worden weer overspoeld door indrukken. We zien een man lopen met wel 20 kippen, 10 per hand. Mannen die kleding en stoffen verven, een veiling van tweede hands spulletjes. De koopwaar is aan de rand of midden op de weg uitgestald en we hink/stap/springen er een beetje overheen. Er staan/ zitten/hangen veel mannen rond die kijken of er iets van hun gading bij is. De koopwaar van één bepaalde verkoper bestaat uit: 1 mes, 1 kandelaar, een stekker, een versierd bordje, wat snoeren, een glas met reliëf en een paar sokken. Zo zitten er meer dan 50 verkopers. We bezichtigen de leerlooiers die nog steeds met zeer agressieve stoffen werken. Het stinkt er erg en we krijgen allemaal een takje mint om onder onze neus te houden. Vanaf een dakterras kijken we neer op de hardwerkende mannen. Daarna natuurlijk een 'verplicht' bezoekje aan de cooperatie waar ze leren jassen, tassen, riemen verkopen.
|
vogelpoep in het leer trappen |
Dan regelt de gids tot grote vreugde van de kinderen een ezeltje en mogen ze per 2 op de rug van de ezel de tocht vervolgen. We bekijken 'stiekem' de moskee, alleen moslims mogen naar binnen, maar de deur staat open en we mogen even een blik naar binnen werpen. Achmed vertelt honderduit en we proberen zoveel mogelijk te onthouden. We sluiten de rondtoer af met een lunch in traditionele Marokkaanse stijl en komen via een wirwar van steegjes weer op het plein bij het hotel uit. Daar stappen Hans en Annelies met hun kinderen in de hotelauto en gaan samen met Achmed naar de mozaiekfabriek terug om een tafel te kopen. Wij gaan op eigen houtje weer de medina in. We zijn als de dood om te verdwalen en lopen in een soort ster. Vanaf het plein 1 straat in, dan nog 1 x de hoek om en bij de volgende kruising precies dezelfde weg terug. Dan straat 2 in, etc. Wanneer we ons verzadigingspunt bereikt hebben, drinken we een glas verse jus op het dakterras, verzamelen we onze bagage en nemen afscheid van Omar, die bedroefd is dat we geen Arabisch/Nederlandse les meer hebben.
Dan hup in de taxi naar het station. Het was een ongelooflijke reis en wat hebben we enorm genoten. De trein stopt niet bij Salé en verplicht reizen we mee naar Rabat, na enige onderhandeling met taxi's lukt het niet om voor een normaal bedrag een taxi te krijgen. Er is daar namelijk een 'officeel' meneertje dat de taxi's regelt. Hij is zo officieel omdat hij een oranje hesje draagt. Wanneer hij zich omdraait liggen we in een deuk. Op zijn rug staat in grote letters: 'FNV Bondgenoten, Actie!' Geweldig. Na verloop van tijd houden we een andere taxi aan en voor een normaal tarief komen we in 2 lichtingen bij de haven aan. We zijn weer thuis.
|
Gijs als pasja met onze gids Achmed |
Beste Familie, Wat een prachtig verhaal!! Ik had niet bedacht dat jullie ook naar Marokko wilde zeilen. Tot nu toe is het veel zien en genieten dus.Een betere start kun je je niet wensen in de aanloop naar ??? wat er nog gaat komen. Groeten Marianne Jonkers
BeantwoordenVerwijderen